Massale sterfte onder grote sterns door vogelgriep
Vogelbescherming NederlandIn een van de bolwerken van de grote sterns, op Texel, voltrekt zich een groot drama. In De Petten bij Den Hoorn – eigendom van Natuurmonumenten – zijn inmiddels zo’n 2500 dode grote sterns opgeraapt. Sternonderzoeker Mardik Leopold van de WUR en medewerkers van Natuurmonumenten troffen afgelopen week een nagenoeg verlaten kolonie aan, met overal dode en stervende volwassen grote sterns én kuikens. “2500 dode op een kolonie van 6400 vogels: dat is een enorm aantal. En bedenk dat we veel vogels niet vinden, omdat die bijvoorbeeld op zee zijn gestorven”, benadrukt hij. Grote sterns halen de vis voor de jongen van ver, van soms wel vele tientallen kilometers.
Vaker dode vogels ruimen?
In de nabijgelegen kolonie grote sterns in de Wagejot bij Oosterend is de situatie nog niet zo ernstig als in De Petten, maar ook hier sterven steeds meer sterns. Natuurmonumenten gaat daar nu de dode vogels snel opruimen, in de hoop de uitbraak enigszins in te dammen. Mardik Leopold: “Niemand weet hoe we dit nu moeten aanpakken, deze situatie is ongekend. In de Petten wilden we de kolonie niet teveel verstoren, maar hier gaan we het experiment aan door de vogels regelmatig te verzamelen. Het is een noodgreep. Of het helpt? Ik weet het niet. Maar niets doen is nu geen optie.”
Ook andere kolonies grote sterns zijn getroffen, zoals die op Griend, in de Putten bij Camperduin (NH), en in de Waterdunen (ZL). Het broedseizoen voor de grote stern in Nederland kan nu al wel als verloren worden beschouwd. Omdat grote sterns lang leven en maar ongeveer één jong per jaar grootbrengen, heeft een grote sterfte onder volwassen vogels zeer ingrijpende gevolgen voor de populatie.
Meer vogelsoorten de klos
Helaas blijft de slachting door de vogelgriep niet beperkt tot grote sterns. Nog steeds worden ook watervogels als grauwe ganzen dood gevonden. Ook in kolonies visdiefjes en kokmeeuwen worden veel dode vogels aangetroffen en het lijkt erop dat de ziekte zich nog aan het uitbreiden is onder visdiefjes. Bij Harlingen (FR) is een kolonie visdiefjes ingestort en de vrees bestaat nu dat de Marker Wadden aan de beurt zijn. Omdat visdiefjes, noordse sterns en kokmeeuwen niet zo dicht opeen broeden als de grote stern en de kolonies ook veel kleiner zijn, valt deze sterfte minder op. Sovon Vogelonderzoek Nederland monitort alle kolonies sterns en meeuwen in Nederland en houdt ook de aantallen dode vogels in de kolonies bij. Het is nu nog te vroeg om te weten wat de impact is van de vogelgriep op deze soorten.
Beschermingswerk tenietgedaan?
De sterfte onder de grote sterns roept herinneringen op aan de inzinking van de populaties van diverse soorten sterns in de jaren zestig. Door een giframp, veroorzaakt door lozingen van afvalstoffen bij de productie van landbouwbestrijdingsmiddelen, stortte de Nederlandse populatie ineen van 40.000 paar tot slechts 900 paar in 1965. Er was toen nog maar één kolonie over, op Griend. Door jarenlang beschermingswerk, waaronder het creëren van geschikte broedgebieden (zoals op Texel), klom de populatie weer langzaam op tot bijna 20.000 paar. Dat is nog steeds nog maar de helft van het aantal van vroeger! Met de huidige uitbraak is nu de grote vrees dat wellicht veel beschermingswerk in één klap is tenietgedaan.
Jan-van-genten en grote jagers
Ook in het buitenland (Groot-Brittannië, Frankrijk) vindt nu veel vogelsterfte plaats door vogelgriep. De Britse Vogelbescherming (RSPB) meldt dat er al honderden grote jagers en vele duizenden jan-van-genten dood zijn gevonden. Inmiddels heeft de vogelgriep ook de immense kolonie van 77.000 broedparen Jan-van-Genten op Bass Rock (Schotland) bereikt. De Britse vogelbeschermers houden hun hart vast.
Bedreigde soorten nu het slachtoffer
Vogelgriep komt onder (water)vogels in de vrije natuur voor, in laag-pathogene varianten. In dit geval gaat het om het hoog pathogene subtype H5, dat ontstaan is in de pluimvee-industrie. Deze is overgeslagen naar wilde vogels, zoals wilde zwanen en smienten, die het virus hebben meegenomen naar Europa. In 2021 werden het hele jaar door besmette vogels aangetroffen. Dat duidt erop dat het virus endemisch is geworden en constant aanwezig is in populaties wilde vogels. Het heeft inmiddels flink huisgehouden onder pluimvee, zoals bekend, maar ook onder veel soorten watervogels, zoals kuifeenden en brandganzen. Meeuwen zijn ook gevoelig voor het virus, maar onder sterns was het nog niet bekend. Nu ook bedreigde vogelsoorten zijn getroffen die op de Rode Lijst van Nederlandse broedvogels staan, is de zorg bij Vogelbescherming extra groot. Kunnen de populaties deze grote aanslag wel aan?
Oproep aan overheid
Vooralsnog kunnen we niet veel doen aan deze catastrofale uitbraak en moeten we wachten tot deze is uitgewoed. Dat wil zeggen: tot een deel van de vogels immuniteit heeft opgebouwd. Maar omdat het virus muteert en zich onvoorspelbaar gedraagt, is de toekomst ongewis. Vogelbescherming roept nu wel het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit op om meer regie te nemen bij de aanpak van vogelgriep onder in het bijzonder kwetsbare kust- en zeevogels. Dat vraagt om effectieve communicatie tussen de betrokken overheden en terreinbeheerders over de te volgen aanpak en de publiekscommunicatie. Ook vindt Vogelbescherming dat er uitgebreide monitoring nodig is om de omvang van de uitbraak per soort in kaart te brengen. Ook moeten er extra maatregelen genomen worden om het herstel van de getroffen populaties te bevorderen.
Meer lezen
Acht vragen en antwoorden over vogelgriep.
Tekst: Ruud van Beusekom, Vogelbescherming Nederland
Foto's: René Pop