Wat is uw eerste vlinder?
De VlinderstichtingEr zijn vier soorten die hier als vlinder overwinteren en in winterslaap gaan: citroenvlinder, dagpauwoog, kleine vos en gehakkelde aurelia. De atalanta houdt geen winterslaap, maar is tegenwoordig wel veel hier in de winter aanwezig. We kijken echter nu even naar de vier ‘echte’ overwinteraars. Welke vlinder wordt als eerste gezien?
In 2021
Als we naar 2021 kijken, waren februari en maart ronduit koel. Op een paar dagen na, en toen knalden de vlinders ook uit hun overwinteringsplekken. Op 20 en 21 februari was het zover en in grote delen van Nederland vlogen de citroenvlinders rond. Veel tellers zagen die dag hun eerste vlinder (en meestal dus een citroenvlinder). De mensen die toen niet naar buiten konden, moesten wachten tot eind maart. Zij zagen veel vaker een dagpauwoog als eerste vlinder.
De afgelopen veertig jaar
De gemiddelde eerste dag met vlinders schommelt sterk van jaar tot jaar. Vlinders zijn tenslotte afhankelijk van die ene dag mooi weer. Zelfs in een koude winter kan het toch een paar dagen zacht en vooral zonnig zijn, en dan zijn deze vlinders er meteen. Toch zien we wel een trend: gemiddeld genomen is de eerste vlinderdag tegenwoordig tien dagen eerder dan veertig jaar geleden. Geen dramatisch verschil, maar het effect van de klimaatverandering is wel degelijk zichtbaar.
En welke vlinders zien de waarnemers op de eerste vlinderdag? In de jaren tachtig waren dat vooral citroenvlinders, maar ook vaak dagpauwogen en kleine vossen. Langzaam nam het aandeel gehakkelde aurelia’s toe, ruwweg parallel aan de uitbreiding van deze soort over Nederland. Een jaar of tien geleden zien we een opmerkelijke verandering: een aantal jaren achterelkaar is de kleine vos de soort die het vaakst als eerste wordt gezien, met een piek in 2013, het laatste jaar met veel kleine vossen. Daarna zakt het aandeel kleine vossen helemaal weg, en in 2020 werd zelfs de gehakkelde aurelia vaker als eerste soort gemeld dan de kleine vos. Tegenwoordig is de citroenvlinder met afstand de vlinder die door de meeste mensen als eerste gezien wordt op de eerste vlinderdag (bijna 60 procent), op ruime afstand gevolgd door de dagpauwoog (25 procent). Dus of u inmiddels al uw eerste vlinder hebt gezien, of er misschien nog een paar weken op moet wachten, grote kans dat het een citroenvlinder is.
Tekst: Chris van Swaay & Kars Veling, De Vlinderstichting
Foto’s: Kars Veling (leadfoto: citroenvlinder)
Grafieken: NDFF