Meervleermuis foeragerend boven water

Monitoring van meervleermuizen in de Rijntakken van start

Zoogdiervereniging
25-MRT-2021 - Afgelopen zomer hebben vrijwilligers en medewerkers van de Zoogdiervereniging de eerste monitoringsronde uitgevoerd van een nieuw monitoringsmeetnet voor de meervleermuis. De 48 meetpunten van dit meetnet liggen in Natura 2000-gebied Rijntakken. Het rivierenlandschap van de Rijntakken is onder andere aangewezen als Natura2000-gebied, omdat het dient als foerageergebied voor de meervleermuis.

De meervleermuis is opgenomen in Bijlage II van de Habitatrichtlijn. Dit betekent dat Nederland voor deze soort beschermde gebieden moet aanwijzen. Natura 2000-gebied Rijntakken is een van deze gebieden. De combinatie van brede watergangen en halfnatuurlijke oevers zorgt ervoor dat hier veel voedsel te vinden is voor de meervleermuis.

De oever van de Nederrijn op een meetpunt bij de Grebbeberg, Rhenen

Monitoring foerageergebied

De provincie Gelderland is verantwoordelijk voor het beheerplan van Natura 2000-gebied Rijntakken. De provincie heeft de Zoogdiervereniging daarom enige tijd geleden gevraagd een voorstel uit te werken voor de monitoring van het foerageergebied van de meervleermuis in dit gebied. Met de verzamelde gegevens moet kunnen worden beoordeeld of de instandhoudingsdoelstellingen voor het foerageergebied in de Rijntakken gehaald worden. Na een geslaagde pilot op twee meetlocaties in de zomer van 2019 is in 2020 de eerste volledige monitoringsronde uitgevoerd. Het veldwerk is in 2020 grotendeels gedaan door vrijwilligers.

Meetnet

Meetlocaties met elk zes meetpunten uitgezet voor het monitoren van het foerageergebied van de meervleermuis in Natura 2000-gebied Rijntakken

Het meetnet bestaat uit acht meetlocaties met zes meetpunten per meetlocatie. Alle meetlocaties liggen geheel of grotendeels in de gedeelten van het Natura 2000-gebied Rijntakken die als habitatrichtlijngebied zijn aangewezen. De meetlocaties liggen verspreid over de deelgebieden Waal, Nederrijn, IJssel en Gelderse Poort.

Op elk meetpunt zijn tien minuten lang opnames gemaakt met een automatische recorder (type Batlogger) tussen 1 en 2,5 uur na zonsondergang, en elk meetpunt is tweemaal binnen tien dagen bezocht. De metingen zijn grotendeels uitgevoerd binnen de vooraf vastgestelde periode van 15 juli tot en met 31 augustus. Enkele metingen vielen net buiten deze periode. 

Resultaten

De meervleermuis werd op alle meetlocaties waargenomen. Wel werd op sommige meetlocaties duidelijk meer meervleermuisactiviteit waargenomen dan op andere.

Aantal geluidsopnames van de meervleermuis per 10 minuten per meetpunt en per meetlocatie (totaal 8 meetlocaties met elk 6 meetpunten) op twee meetavonden (ronde 1 en 2) tussen 15 juli en 31 augustus in Natura 2000-gebied Rijntakken

Het CBS heeft een statistische analyse gedaan op de resultaten. Hieruit blijkt dat de gegevens van de acht bezochte meetlocaties genoeg zeggingskracht zouden moeten opleveren voor toekomstige trendanalyses in Natura 2000-gebied Rijntakken.

Er zijn ook veel andere vleermuissoorten waargenomen op de meetlocaties, zoals ruige dwergvleermuis, rosse vleermuis en watervleermuis. Op een aantal meetpunten was zoveel vleermuisactiviteit dat er één grote klankenbrij te horen was. Dit geeft aan hoe belangrijk rivieren en hun oevers zijn voor foeragerende vleermuizen. Alle verzamelde geluidsbestanden zijn opgeslagen, maar bij de uitwerking is gefocust op de meervleermuis, omdat dit de doelsoort is voor het meetnet.

Vervolg

Mede dankzij de grote inzet van de vrijwilligers kunnen we deze resultaten laten zien en is de eerste monitoringsronde in 2020 soepel verlopen. Een mooi begin en hopelijk de start van een stabiel en langlopend meetnet waarmee we de ontwikkeling van de foerageeractiviteit van de meervleermuis in dit Natura 2000-gebied goed kunnen gaan volgen.

Tekst: Marjolein van Adrichem, Zoogdiervereniging
Foto's: Theo Douma (leadfoto: meervleermuis); Marjolein van Adrichem
Figuren: Marjolein van Adrichem