Redt steenmeel het oude eikenbos op de Veluwe?
Provincie GelderlandDe natuur op de zandgronden staat onder druk van de grote hoeveelheden stikstof die via de lucht neerdalen. Daardoor verzuurt de bodem, spoelen mineralen uit en wordt het bodemleven vergiftigd. Ook verandert de samenstelling van bladeren, waardoor plantenetende insecten uitsterven. Dat raakt ook vogels en andere dieren. Het gehele ecosysteem wordt dus aangetast. In natte gebieden kan het grondwater bufferstoffen en andere mineralen aanvoeren, maar op de droge zandgronden raakt de bodem al snel uitgeput. Dit probleem speelt een grote rol in het Natura 2000-gebied Veluwe, zowel in heide en stuifzand als in de bossen.
Einde
Het habitattype Oude eikenbossen op de Veluwe omvat standplaatsen die al eeuwenlang bos zijn, al zijn ze vroeger wel vaak begraasd geweest en als hakhout gebruikt. De aanwijzing als Natura 2000-gebied houdt de verplichting in om dit habitat in stand te houden. Maar er lijkt nu een einde aan het bos te komen: de eiken sterven en er komen geen nieuwe eiken op. Intussen is er nog geen enkel zicht op dat de stikstofdepositie daalt naar een niveau dat de bossen aankunnen. De depositie is nu twee à drie maal de kritische waarde van 1071 mol per hectare. En al zou de stikstofdepositie dalen, dan is daarmee de aangerichte schade nog niet hersteld.
Proeven
In de jaren 80 van de vorige eeuw zijn proeven gedaan met bekalking van bossen. De ervaringen waren niet positief: de bossen verruigden sterk, en de bodemfauna werd negatief beïnvloed, waarschijnlijk door de vastlegging van fosfaat. Sinds enkele jaren wordt geëxperimenteerd met steenmeel: gemalen gesteente. Door steenmeel uit te strooien met de juiste samenstelling kan de bodem gebufferd worden en weer voorzien van de nodige mineralen. Zolang de stikstofdepositie niet daalt, is dat een tijdelijk effect; het is geen wondermiddel maar dweilen met de kraan open.
In het kader van het Kennisnetwerk OBN (Ontwikkeling en Beheer Natuurkwaliteit) is van 2015 tot 2018 een proef (pdf; 11,8 MB) gedaan op de Hoge Veluwe. De praktijkproef die vorige week gestart is, is een vervolg daarvan. We willen meer inzicht krijgen in de effecten op het bodemleven en de doorwerking naar de hogere niveaus. Als de zuurgraad en de beschikbaarheid van mineralen veranderen, hoe werkt dat dan door in het bodemleven, de afbraak van organische stof en de vorming van humus? Hoe kunnen we de zo belangrijke mycorrhiza’s (met plantenwortels samenwerkende schimmels) herstellen? En wat gebeurt er bij de dieren die leven van de bodemfauna en de planten, en de dieren die daar weer van leven, zoals grotere ongewervelden, vogels en zoogdieren?
Samen met de Universiteit van Nijmegen, onderzoekcentrum B-WARE, de beheerders van de Veluwe en de Bosgroep Midden Nederland zijn nu tien proeflocaties op de Veluwe uitgezet en met steenmeel bestrooid. Elke locatie omvat drie proefvelden van 0,5 hectare: twee soorten steenmeel en een controle. Deze twee soorten steenmeel zijn Eifelgold en Soilfeed. Dat eerste type is wat roder van kleur en komt uit het Duitse Eifelgebied. Het grijze Soilfeed is een afvalproduct van een mijn in Noorwegen.
Tekst: Willem Drok, provincie Gelderland
Foto's: provincie Gelderland (leadfoto: steenmeel in oud eikenbos op de Veluwe)