Aziatische mossel bouwt nu ook in Nederland nestjes
Nederlandse Malacologische Vereniging, Stichting ANEMOONDit najaar werden meerdere nieuwe soorten week- of schelpdieren aan de Nederlandse faunalijst toegevoegd. Het gaat om vier nieuwelingen: een zeeslak, een landslak, een tweekleppige uit zoet water en een tweekleppige uit zee. In eerdere natuurberichten staan de soorten genoemd, over twee daarvan verschenen ook al uitgebreidere beschrijvingen (de Japanse zeepbelslak en de Samengedrukte erwtenmossel). In dit bericht wordt nader ingegaan op de ontdekking van de Aziatische mossel (Arcuatula senhousia) in ons land en de leefwijze van het dier.
De Aziatische mossel in Nederland
De Aziatische mossel behoort wetenschappelijk gezien tot dezelfde familie als de Gewone mossel en andere mosselachtigen uit het Noordzeegebied. Binnen deze familie vallen diverse door de mens gegeten en commercieel belangrijke soorten die gekweekt of gevist worden; dit geldt echter niet voor de Aziatische mossel.
De soort werd op 7 juli 2018 onverwacht waargenomen in een klein, ondiep watertje vlakbij het Goese Meer. Ter plaatse werden vastgehecht aan een houten beschoeiing enkele tientallen levende exemplaren aangetroffen. Later bleken ook op de bodem grote aantallen voor te komen. In het Goese Meer zelf werd de soort echter (nog) niet vastgesteld. Gebaseerd op aangetroffen grotere, lege schelpen, kan worden aangenomen dat de soort al eerder ter plaatse voorkwam, ten minste in 2017.
Herkenning
De Aziatische mossel is een klein, fraai getekend mosseltje. De dieren worden gemiddeld twee centimeter lang, maar kunnen doorgroeien tot drie centimeter of iets meer. De basiskleur is mooi geelgroen, waarop lichtbruine tot roodbruine strepen en vlekken zichtbaar zijn. Het oppervlak van jongere dieren is vaak sterk glanzend. De vorm is ietwat anders dan van de mossels die we eten. De top ligt verder van de voorrand af dan bij de Gewone mossel en de voorrand is zwak geribd. Het gedeelte aan de achterzijde is ribbelvrij, al lijkt dit door de vanuit het topgedeelte uitwaaierende, stralende strepen soms anders. Bij grotere exemplaren worden de ribbels vager en wordt de kleur ook donkerder, tot bruin. Aan de binnenkant onder de top is een duidelijk rijtje van acht tot vijftien knobbelvormige tandjes te zien. De top bevindt zich achter het voorste spierindruksel. Bij de Gewone mossel ligt de top vrijwel aan de voorrand, nabij het voorste spierindruksel.
Oorsprong en wijze van introductie
De Aziatische mossel is door menselijke activiteiten in meerdere andere werelddelen terechtgekomen. Hij komt van oorsprong uit het West-Pacifisch gebied, van Singapore tot Siberië. De soort heeft een lang larvaal stadium - tot meer dan vijftig dagen - en een hoge voortplantingscapaciteit. Vanuit Oost-Azië werd het dier verspreid naar de Pacifische kust van Noord-Amerika, naar Australië, Nieuw-Zeeland en Europa. In Europa werd de mossel tot voor kort alleen in het zuiden gesignaleerd, in de Middellandse Zee en aan de Atlantische kust tot aan de Baai van Arcachon in Zuidwest-Frankrijk. Daarnaast is op het internet nog een waarneming in 2016 te vinden uit het zuiden van Groot-Brittannië.
Hoe het mosseltje in Goes is terechtgekomen is onbekend. De meeste exotische zeedieren worden hier gebracht door scheepvaart of schelpdiertransporten. In dit geval zijn er alleen vage vermoedens.
Leefwijze
Aziatische mossels leven vooral in ondiepe, beschutte zeegebieden als estuaria en lagunes. In Zuid-Frankrijk, waar de soort als exoot is ingevoerd, zijn ze vooral algemeen in de zogenaamde mariene étangs: grote ondiepe lagunes in het kustgebied, zoals het Étang de Bages-Sigean en het Étang de Thau. Het zijn filteraars die leven van plantaardig plankton en andere in het water aanwezige voedseldeeltjes. Het water wordt bijna voortdurend door het dier heengepompt, waarbij de kieuwen het voedsel eruit filteren. Voor de voortplanting is een periode met hoge watertemperatuur nodig. In gematigde klimaten kan dat zijn in kleine watertjes die snel opwarmen. Het dier heeft een hoge tolerantie voor lage zoutgehaltes en lage zuurstofgehaltes. De leefwijze is opvallend. Hoewel ook de gewone mossels draden spinnen om zich mee vast te hechten, vormen Aziatische mossels vaak opvallend grote en langgerekte bossen van deze, naar de byssusklier onderaan de schelp genoemde 'byssusdraden'. Ze hechten zich daarmee vast aan stenen, beschoeiingen en ander hard materiaal. Vooral waar ze op zachtere modder- en slikbodems voorkomen, vormen de byssusdraden op de bodem vaak hele 'nesten' waarin meerdere (twee tot drie, soms tien of meer) levende mosseltjes zitten en groeien.
Impact
Wat de gevolgen van de introductie van exotische zeeorganismen zullen zijn, is vaak lastig te voorspellen. Dit gaat zeker ook op voor de Aziatische mossel. In het buitenland kunnen ze plaatselijk massaal voorkomen en hebben ze lokaal een duidelijke invloed op andere bodemdieren en het plankton. Hoe de Nederlandse populatie zich zal gaan ontwikkelen is nog onzeker. We weten niet in welke wateren de mossel in het Nederlandse klimaat kan overleven.
Meer informatie
In het tijdschrift Spirula van de Nederlandse Malacologische Vereniging verscheen een artikel met meer info over de Aziatische mossel en de ontdekking in Nederland.
Tekst: Marco Faasse, Rykel de Bruyne, beiden Stichting ANEMOON en Nederlandse Malacologische Vereniging
Foto's: Marco Faasse (leadfoto: Aziatische mossel (Arcuatula senhousia), 7 juli 2018, Goes, nabij het Goese Meer)