grote vuurvlinder - primair

Zeldzame tweede generatie grote vuurvlinders

De Vlinderstichting
6-SEP-2018 - Het extreem warme weer van de afgelopen maanden heeft opmerkelijke effecten op de grote vuurvlinder, een bijzondere vlindersoort in Nederland. De Nederlandse ondersoort batava is een 'endemische ondersoort', dat betekent dat hij alleen in Nederland voorkomt. Dit jaar heeft de vlinder een tweede generatie, wat voor deze ondersoort uiterst zeldzaam is.

Het warme, droge zomerweer heeft veel invloed op vlinders. Het leidt bij veel vlindersoorten tot een extra generatie vlinders. Bij de meeste vlinders is dit niet ongewoon. Ook bij de twee belangrijkste andere Europese ondersoorten van de grote vuurvlinder, carueli en rutila, is een tweede generatie heel normaal. Maar het is een zeldzaam fenomeen voor de Nederlandse ondersoort batava, die in Nederland ernstig bedreigd is. Eerdere jaren waarin dit in Nederland optrad waren 2000 en 2006. Soms wordt er in een warm jaar wel eens een enkele vlinder van een tweede generatie gezien. Maar zelden wordt gemeld dat er massaal een tweede generatie aanwezig is.

Unieke aantallen

De grote vuurvlinder is in Nederland ernstig bedreigd en komt slechts op een paar locaties voor

Afgelopen weekend was dat wel het geval. In het gebied Rottige Meente, een laagveengebied in Zuidoost-Friesland, werden vorig weekend 23 opvliegende vlinders geteld tijdens het maaien van een klein rietperceel van ongeveer 1 hectare. De afgelopen twee weken werden op Waarneming.nl hier en daar al losse individuen van een tweede generatie gemeld, vooral vanuit De Weerribben (Overijssel). Maar zulke aantallen vlinders van deze soort worden eigenlijk nooit bij elkaar gezien, ook niet bij de eerste generatie in juli.

Ook bijzonder is dat de tweede generatie nu ook optreedt in het gebied Brandemeer (eigenaar Staatsbosbeheer) en daarbij zelfs verspreid in het hele gebied wordt aangetroffen. Recent werd nog gedacht dat de populatie hier op het punt stond te verdwijnen. Nu lijkt de tweede generatie ervoor te zorgen dat de populatie zich niet alleen herstelt, maar zelfs uitbreidt, zowel wat betreft aantallen als bezet gebied. Dit wordt gemeld door vrijwillige vlindertellers en een medewerker van Staatsbosbeheer.

Leefgebieden verbinden

Mogelijk gaat het om een permanente situatie waarbij het gebied Brandemeer nu, na tientallen jaren beheer en afwachten, in zijn geheel bevolkt raakt met de grote vuurvlinder. Dat betekent een flinke uitbreiding van het leefgebied: op dit moment komt de grote vuurvlinder voor in De Weerribben (ongeveer 3500 hectare) en de Rottige Meente (ongeveer 900 hectare). Hiermee wordt de situatie voor de grote vuurvlinder aanzienlijk verbeterd. Een zuidelijker gelegen, vierde gebied van Natuurmonumenten komt ook in aanmerking: De Wieden (ongeveer 9000 hectare) wordt de komende jaren via moerassige verbindingszones aangesloten op deze gebieden. De Vlinderstichting werkt intensief samen met de beheerders om deze verbinding te realiseren. Zodra ook dit uitgestrekte gebied weer wordt bevolkt door de grote vuurvlinder, zijn de doelstellingen voor deze soort in Nederland voor een belangrijk deel vervuld. Er zijn dan in Nederland vier moerassige laagveengebieden met elkaar verbonden en beschikbaar als leefgebied voor grote aantallen bijzondere moerasbewoners, zoals bijvoorbeeld ook de otter, de roerdomp en de sierlijke witsnuitlibel.

Tekst en foto’s: Henk de Vries & Kars Veling, De Vlinderstichting