Record aan meerjarige kokkels Waddenzee
Bericht uitgegeven op [publicatiedatum]
De Waddenzee is nog nooit zo rijk geweest aan meerjarige kokkels. Dat blijkt uit het jaarlijkse onderzoek van Imares Wageningen UR naar de kokkelbestanden. Sinds het verbod op de mechanische kokkelvisserij ruim tien jaar geleden krijgen de schelpdieren van de Waddenzee de kans zich te herstellen. De afgelopen winters is een grote broedval uitgebleven, maar de aanwezige kokkels hebben de winters ongestoord overleefd en kunnen zorgen voor nieuw nageslacht. ‘Dat is goed nieuws,’ constateert boswachter Erik Jansen van Natuurmonumenten verheugd. ‘Ook de trekvogels die schelpdieren eten lijken zich te herstellen. Ik zie dit najaar meer scholeksters, eidereenden en kanoetstrandlopers op het Wad.’
Beëindiging mechanische kokkelvisserij blijkt goed besluit
‘Ik was in de hoogtijdagen van de mechanische kokkelvisserij wadgids op Schiermonnikoog. We vonden vrijwel nooit kokkels in de wadbodem,’ herinnert Jansen zich. In 2004 werd de mechanische kokkelvisserij beëindigd. Daar kwam handmatige kokkelvisserij met een beperkt aantal vergunningen voor in de plaats. Jansen is nog steeds erg blij met dat besluit. ‘We werken aan het herstel van een rijke Waddenzee, waar trekvogels op hun reis van het hoge noorden naar Afrika kunnen bijtanken. Daar passen alleen duurzame vormen van gebruik bij.’
Voer voor vogels
De kokkelbanken liggen nu op twintig procent van de droogvallende wadplaten. Ze meten een oppervlakte van ruim 32.300 voetbalvelden. Het gaat dan om plekken met meer dan vijftig kokkels per vierkante meter. ‘Bij die dichtheden wordt het voor vogels de moeite waard om kokkels te zoeken in de wadbodem,’ legt Jansen uit. Op sommige plekken liggen de kokkels zelfs met duizenden op een vierkante meter. Ze drukken elkaar dan uit de bodem. Kokkels die op de wadbodem liggen overleven dit uiteindelijk niet. ‘Juist die dode schelpen vormen een stevige bodem waar jonge mossels zich op kunnen hechten. Misschien dat ze op deze plekken de kans krijgen uit te groeien tot mosselbanken.’
Kokkels filteren Waddenzee
Kokkels vormen een onmisbare schakel in een gezonde en rijke Waddenzee. Ze leven tot tien centimeter diep in de bodem. Via een sifon zuigen ze het zeewater op om daar algen en plankton uit te filteren. Via een tweede buis stroomt het gefilterde water terug in zee. In een paar weken filteren de kokkels samen al het water in de Waddenzee. Kokkels worden gegeten door vogels zoals scholeksters, eidereenden, kanoetstrandlopers en door platvissen en krabben.
Tekst: Natuurmonumenten
Foto: Sytske Dijksen, Foto Fitis