Sneeuwuileninvasie per schip
Vogelbescherming NederlandBericht uitgegeven door Vogelbescherming Nederland [land] op [publicatiedatum]
Nederland is in de ban van sneeuwuilen. De zeldzame en enorm grote witte uil die normaal gesproken boven de poolcirkel leeft, duikt opeens op diverse plaatsen in Nederland op. Minstens vijf verschillende sneeuwuilen zijn gezien. Van de Waddeneilanden tot midden in Amsterdam en zelfs Limburg. Waar komen deze uilen vandaan? Vogelliefhebber Frans van der Esch heeft wellicht een spectaculaire verklaring.
Op Vlieland, Terschelling, Texel en zelfs in hartje Amsterdam tot in Limburg worden sneeuwuilen gezien. Deze indrukwekkende witte vogels (1 meter hoog en 1,5 meter spanwijdte) zijn doorgaans uitsluitend te vinden in de Arctische streken en zo af en toe zien we er een in Nederland. Maar nu zijn er al minstens vijf verschillende sneeuwuilen gezien en dat is ongekend.
Het lijkt er nu op dat deze uilen vanuit Canada in Nederland terecht zijn gekomen. In de Verenigde Staten is namelijk een grote ‘invasie’ van sneeuwuilen aan de gang. Nog nooit zijn er in de afgelopen vijftig jaar zoveel sneeuwuilen in de VS gezien. En ze zitten ongewoon zuidelijk tot zelfs Bermuda, Carolina en Missouri. Dit soort invasies vinden plaats wanneer het uilenvoedsel, voornamelijk knaagdieren, niet voldoende beschikbaar is. Daarbij was het dit jaar een heel goed broedseizoen voor de sneeuwuilen en is het extreem slecht weer in Canada en noordelijke deel van de VS. Gevolg: de uilen trokken massaal richting zuiden. Maar hoe komen de sneeuwuilen dan in Nederland terecht?
Verstekelingen
Daarvoor bellen we met vogelliefhebber Frans van der Esch uit Groningen. Hij heeft een spectaculaire mogelijke verklaring voor de sneeuwuileninvasie. “Op 7 december voer ik als passagier met een containerschip van New York naar Europa. Twee dagen later kwamen we langs Canada, op ongeveer 50 mijl van Newfoundland en toen kregen we opeens bezoek van 9 grote witte vogels. Ik wist meteen dat het sneeuwuilen waren. Ik heb er vroeger wel eens een op Vlieland gezien. Mijn toenmalige biologieleraar wilde dat niet geloven, dus ik heb me er destijds heel erg in verdiept. Ik wist dan ook meteen dat het 2 mannetjes en 7 vrouwtjes waren. Echt schitterend! Ze waren door de hevige storm die aan de gang was wel uitgeput en kropen op de containers dicht bij elkaar. Eenmaal op volle zee konden ze geen kant meer op en bleven ze aan boord.”
Vloog er geen enkele uil weg?
“Nee, in het begin zeker niet. Op 11 december kwamen we in de buurt van de Azoren en merkte ik dat ze ongeduldig werden en honger kregen. Maar de Azoren waren toch nog 150 mijl verderop. Ze vlogen rakelings over de golven, net alsof ze iets wilden vangen. Dat was wel spectaculair hoor, want de golven waren wel 10 meter hoog. Een schip voor ons verloor zelfs enkele containers zo ruig was de zee. Maar voor de sneeuwuilen leek het me een kansloze situatie. Uiteindelijk zijn er op 12 december voor de kust van Spanje nog vijf sneeuwuilen aan boord en 14 december 50 mijl uit de kust van Frankrijk zijn het er weer wat minder. Ik weet niet of de vogels die weg zijn gevlogen de kust hebben bereikt of hebben gekozen voor een ander voorbijvarend schip.”
Had de bemanning ook door dat ze een bijzondere lading hadden?
“Ze deden een beetje nonchalant in het begin. Maar toen ik ze erover vertelde hoe bijzonder het was en ze door de kijker liet kijken, sloeg dat helemaal om. Uiteindelijk gingen ze allemaal foto’s van de uilen maken en vonden ze het prachtig.”
Wanneer vlogen de laatste uilen van boord?
Dat was op 15 december bij Zeeland. Ik denk dat het er nog twee waren. Die zullen de Nederlandse kust zeker gehaald hebben. Geweldig om nu te horen dat er wel vijf sneeuwuilen in Nederland gezien zijn. Daar zitten er hopelijk een paar van onze boot tussen, of wellicht wel allemaal. Schitterend ook dat er ook een sneeuwuil op Vlieland is gezien. Een sneeuwuil op mijn favoriete eiland. Zo is de cirkel weer rond.”
Kijk voor de meest recente informatie over waar sneeuwuilen zijn gezien in Nederland op www.dutchbirding.nl.
Tekst: Chris-Jan van der Heijden, Vogelbescherming Nederland
Foto's: Staatsbosbeheer