Sneeuwuil als verstekeling in Zeebrugge
Bericht uitgegeven door Natuurpunt Studie [land] op [publicatiedatum]
In de winter van 2008-2009 trok een Sneeuwuil vele honderden kijklustigen uit binnen- en buitenland naar de Uitkerkse polder. Nu, vijf jaar later en niet helemaal onverwacht, hebben we opnieuw Arctisch bezoek van deze soort. Een Sneeuwuil heeft zijn jachtterrein afgebakend in de Zeebrugse haven.
De waarneming was niet geheel onverwacht: in Noord-Amerika zijn heel wat Sneeuwuilen uit Canada en Alaska afgezakt naar warmere oorden. Zo’n omvangrijke verplaatsingen gebeuren niet omwille van de kou, maar door voedseltekort. Sneeuwuilen zijn knaagdierenspecialisten met een sterke voorkeur voor Lemmingen. Een crash van die populaties of de onbereikbaarheid ervan door hevige sneeuwval, kan de pluizige uilen dus dwingen om naar voedselrijkere streken af te zakken. Zoals nu dus: nooit eerder in de laatste 50 jaar heeft zich in Noord-Amerika een dergelijk grote invasie afgetekend. Die vindt momenteel plaats langs vnl. de Oostkust. Zo worden in de buurt van New York nu tientallen Sneeuwuilen aangetroffen. De zuidelijkste vogels bereikten zelfs Bermuda.
Wanneer zo’n wegtrekkende Sneeuwuil in de mist boven uitgestrekte waterpartijen verzeild geraakt, zijn ze vaak genoodzaakt om te landen op een schip, dat op weg is naar een willekeurige bestemming. Zo werd de afgelopen weken bekend dat er een Sneeuwuil, misschien wel deze vogel, aan een Transatlantische overtocht bezig was op het containerschip Independent Concept, dat op 16 december zou aanmeren in Antwerpen. Zo geschiedde ook, maar zonder Sneeuwuil. Hij had het schip klaarblijkelijk verlaten wanneer er land in zicht kwam. Op 19 december dook er één op vlak bij Calais in Noord-Frankrijk, maar dat bleek toch een andere vogel te zijn.
Afgelopen zaterdagmorgen was het dan toch prijs in Zeebrugge: Yann Coatanéa, een Waals vogelkijker, merkte ’s morgens een Sneeuwuil op aan de havendam. Na bekendmaking van de spectaculaire ontdekking liet de vogel zich goed zien aan de toegestroomde vogelkijkers. De vogel is ongeringd en meer dan waarschijnlijk een wilde Noordamerikaanse vogel. Op dezelfde dag dook er ook nog één op in de haven van Hanstholm in het noorden van Denemarken.
Het is nog afwachten hoeveel meer Sneeuwuilen er in Europa arriveren de volgende weken. Hoe lang de Sneeuwuil het in Zeebrugge zal uithouden moet de toekomst uitwijzen. Ook of hij zijn jachtterrein verlegt naar meer voedselrijkere gebieden, zoals de Uitkerkse polder, is nog onzeker. Omwille van het grotere voedselaanbod ligt dat wel binnen de verwachtingen. Een verplaatsing zou het publiek in elk geval betere kansen geven om mee te genieten van zijn schoonheid. Zo’n grote witte veerbal met gele kattenogen en witte bokshandschoenen is best wel een prachtbeest. De beperkte bevuiling die hij opliep tijdens de overtocht zal wellicht nog verdwijnen.
Nu maar duimen dat hij in goede conditie is want tot en met gisteren lukte het dit mannetje niet om een prooi te vangen. Mocht hij zich wat dat betreft kunnen herpakken kan hij, net zoals de vorige twee exemplaren, tegen het voorjaar aan richting Noord trekken en aan deze kant van de oceaan een nieuwe toekomst beginnen.
België kent vier waarnemingen van de Sneeuwuil en als het Belgisch Avifaunistisch Homolgatie Comité (BAHC) deze vogel als wild beschouwt, spreken we mogelijk over de vijfde wilde Sneeuwuil voor België. Er rest het BAHC echter nog een moeilijke oefening: het ziet er meer en meer naar uit dat de meeste, zoniet alle Sneeuwuilen die in West-Europa opduiken, Noord-Amerikaanse vogels zijn die met schepen de Transatlantische overtocht maakten. Ook drie vogels die in 2001 in België opdoken, kwamen mee aan boord van schepen. Omdat ze hier niet op eigen kracht zijn geraakt, werden ze niet opgenomen in de Belgische A-Lijst, dat is de lijst met soorten die minstens één keer in een schijnbaar wilde staat in België zijn aangetroffen sinds 01 januari 1950. De meest recente Sneeuwuil in de Uitkerkse polder van november 2008 tot maart 2009, zat ook op slechts een boogscheut van de Zeebrugse haven, maar werd wel opgenomen op de Belgische A-lijst. Een éénduidige behandeling van de sneeuwuilwaarnemingen lijkt hoe langer hoe meer aangewezen.
Om de vogel de nodige rust te gunnen en om te kunnen jagen, willen we bezoekers aan de Sneeuwuil van Zeebrugge verzoeken om:
-de vogel niet dichter te benaderen dan nodig
-zet een stap terug wanneer de vogel onrustig reageert
-steeds gezamenlijk vanaf één kant te kijken zodat er voldoende vliegruimte is
-niet achter de vogel aan te hollen bij een verplaatsing
-waarnemers die deze afspraken niet lijken te kennen,
op de hoogte te brengen van de gedragscode
Tekst: Gerald Driessens
Foto’s: bemanning Independent Concept, Johan Buckens & Bert Kindermans