Winterbladroller

Winterbladroller nieuw voor Vlaanderen

21-NOV-2012 - Half november: niet meteen de periode dat je nog spectaculaire ontdekkingen op insectenvlak verwacht. Toch werd het voorbije weekend nog een nieuwe vlindersoort aan de Vlaamse lijst toegevoegd: de Winterbladroller in de Voerstreek, een bijzondere soort in een bijzondere regio.

Bericht uitgegeven door Natuurpunt Studie [land] op [publicatiedatum]

Half november: niet meteen de periode dat je nog spectaculaire ontdekkingen op insectenvlak verwacht. Toch werd het voorbije weekend nog een nieuwe vlindersoort aan de Vlaamse lijst toegevoegd: de Winterbladroller in de Voerstreek, een bijzondere soort in een bijzondere regio.

In het Limburgse Teuven werd zaterdagavond bij een nachtvlinderinventarisatie een exemplaar van een opvallende micro-nachtvlinder aangetroffen. Het ging om een prachtig getekend exemplaar van de in West-Europa uiterst zeldzame Winterbladroller (Exapate congelatella), die, zoals zijn naam doet vermoeden, van (eind) oktober tot ver in december vliegt. Met een vleugelspanwijdte van hooguit 2,2 cm en donkere vlekken op een zilverkleurige ondergrond is deze kleine vlinder gemakkelijk te herkennen. Het tweede deel van zijn Nederlandse naam verwijst naar de gewoonte van de rups om blaadjes van de waardplanten om te vouwen en op te rollen: dat doen de meer dan 300 andere bladrollersoorten die in Vlaanderen voorkomen ook.

Winterbladroller (foto: Bill Urwin - Somerseth Moth Group)
Die soort was al eerder uit ons land bekend, maar enkel uit de provincie Luik. Voor zover geweten werd hij de voorbije tien jaar niet in ons land waargenomen. Ook in Nederland oogt het verspreidingskaartje akelig leeg. Hoewel de soort in de meeste Midden- en Noord-Europese landen al is waargenomen, blijkt het toch vooral een noordelijke soort te zijn, die in Scandinavië lokaal zelfs als een pestsoort bekend staat.

Bewijsfoto van het exemplaar in Teuven (foto: Kurt Boux)Waarom de Winterbladroller zo zeldzaam is, is niet echt duidelijk. Het is een uitgesproken polyfage soort: de rupsen leven ondermeer op meidoorn, Wilde liguster, Wegedoorn, appel, eik en wilg. In de zuidelijke delen van zijn verspreidingsgebied heeft de Winterbladroller een voorkeur voor kleinschalige landschappen met houtkanten: in dat biotoop werd hij in Teuven ook gezien. De status ‘uiterst zeldzaam’ is wellicht deels te wijten aan een waarnemerseffect: de meeste nachtvlinderaars trekken er zo laat op het jaar niet meer op uit.

De inventarisatie die zaterdagavond in Teuven doorging, leverde overigens nog 14 andere nachtvlindersoorten op, waaronder zeldzaamheden als Bruine essenuil (Lithophane semibrunnea), Herfstbremspanner (Chesias legatella) en Berkenwintervlinder (Operophtera fagata). De doelsoort van de avond, de Pluimspinner  (Ptilophora plumigera), werd niet gevonden, maar die hebben we dan een volgende keer te goed. De Pluimspinner is een herfstsoort die in Vlaanderen nog nooit werd waargenomen, maar op Nederlands grondgebied op hooguit enkele kilometers van Teuven al gezien is.

Leuk om te weten is dat de Winterbladroller, net zoals de grotere wintervlinders, aangepast is aan het vliegen in de frisse herfst. Het vrouwtje heeft namelijk sterk gereduceerde vleugels waarmee het niet kan vliegen. Door middel van feromonen kan het kortvleugelige vrouwtje het mannetje toch lokken en verspilt het geen energie aan onnodig vliegen. Van de 937 soorten bladrollers die Europa rijk is, zijn de Winterbladroller en zijn alpiene broertje Exapate duratella de enige waarvan het vrouwtje gereduceerde vleugels heeft.

Tekst : Wim Veraghtert (Natuurpunt Studie)
Foto's: Bill Urwin (Somerset Moth Group) & Kurt Boux