Springende Bultrug ‘Thorny’ gefilmd voor Belgische kust
Bericht uitgegeven door Natuurpunt Studie op [publicatiedatum]
Het heeft lang geduurd maar op 30 september 2011 werd voor de eerste keer ooit een levende Bultrug gespot in Belgische wateren. Het dier werd gefotogafeerd en gefilmd ter hoogte van de Thorntonbank, zo’n 25 km op zee, voor de kust van Zeebrugge. Eigenlijk zat het er al een poos aan te komen want de laatste jaren worden steeds vaker Bultruggen in het zuidelijk deel van de Noordzee gemeld.
Bultruggen zijn flinke joekels: volwassen exemplaren halen tot 18 meter en wegen maximaal 40 ton. De meeste Bultruggen ondernemen jaarlijks enorme trektochten, tot 16.000 km per seizoen. In de lente en zomer houden ze zich vooral op in de voedselrijke, koudere wateren op het noordelijk halfrond maar in het najaar gaat het meestal richting tropen waar ze paren en hun jongen ter wereld brengen. Waar ‘Thorny’ (zo gedoopt naar de Thorntonbank) vandaan komt, is moeilijk te zeggen. Mogelijk gaat het om een dier dat in IJsland of voor de Noorse kusten de zomer heeft doorgebracht en nu richting zuidelijke paargronden trekt.
Voor België is deze waarneming behoorlijk spectaculair. In 1751 strandde een exemplaar nabij Blankenberge maar daarna was het wachten tot zondagochtend 5 maart 2006. Toen spoelde opnieuw een dode Bultrug aan op het strand van Nieuwpoort. Het ging om een vrouwtje, 15 ton zwaar, 10,5 meter lang. Het dier werd grondig onderzocht, in een poging om de doodsoorzaak te achterhalen. Uit de analyses bleek dat deze Bultrug aan haar eind was gekomen als gevolg van een aanvaring met een schip. Zo’n ‘botsingen’ (in vakjargon beter bekend als ‘shipstrikes’) komen wel vaker voor en leiden niet zelden tot ernstige verwondingen bij de aangevaren walvis. Net daarom werd meteen na de melding van de Thorntonbank door het Marien Informatie Kruispunt een bericht aan zeevarenden uitgestuurd. Doel: alle vaartuigen in het Belgische deel van de Noordzee informeren over de aanwezigheid van deze Bultrug en hen aanmanen tot voorzichtigheid. Om geen onnodige verstoring te veroorzaken, wordt best een minimum afstand van 100 meter tot het dier bewaard.
Sinds 2003 worden steeds vaker Bultruggen in de zuidelijke Noordzee gemeld. Voor Nederland staat de teller tussen 2003 en 2011 intussen op elf betrouwbare waarnemingen. Ook voor de Franse en Britse kust zijn uit die periode verschillende strandingen en meldingen bekend. Er bestaat geen eenduidige verklaring voor deze schijnbare toename. Soms wordt een slechte voedselsituatie in de noordelijke Noordzee als mogelijke reden naar voor geschoven maar deze hypothese vergt nader onderzoek. Ook wordt vermoed dat het aantal Bultruggen in het noordelijk deel van Atlantische oceaan is toegenomen, waardoor ook de trefkans in de Noordzee zou kunnen stijgen.
Waarschijnlijk werd ‘Thorny’ nog niet eerder in de zuidelijke Noordzee opgemerkt. Bultruggen zijn immers individueel herkenbaar aan hun rugvin, net zoals mensen aan hun vingerafdruk. In de fotodatabank met alle rugvinnen van Bultruggen die de voorbije jaren in de zuidelijke Noordzee werden gedocumenteerd, kon de rugvin van ‘Thorny’ niet worden teruggevonden.
Bultruggen zijn beroemd en berucht om hun capriolen: vaak springen ze volledig boven het water uit en pletsen ze met een enorme splash achterwaarts neer op het water. Zo’n springende Bultrug is behoorlijk sensationeel. Op de filmbeelden op de website van het VRT journaal toont Thorny het betere Butruggenspringwerk (klik hier voor de spectacuaire beelden). In het verleden leidden dergelijke sprongen al tot dodelijke ongelukken toen omhoogspringende exemplaren op te dicht genaderde bootjes landden. Hoe lang deze Bultrug nog voor de Belgische kust zal ronddobberen, is onduidelijk. Alle waarnemingen kunnen best meteen worden gemeld op www.waarnemingen.be
Tekst: Dominique Verbelen, Natuurpunt Studie
Foto: Jan Haelters, MUMM/BMM/UGMM