Rankende helmbloem, uitbreider met bijsmaak
FLORONBericht uitgegeven door stichting FLORON op maandag 19 oktober 2009
Ondanks haar sierlijke uiterlijk heeft Rankende helmbloem bij veel natuurkenners een wat negatieve bijsmaak. De plant gedijt namelijk vooral goed op stikstofrijke plaatsen op de arme zandgronden. Niet echt de parels van onze natuur.
Rankende helmbloem is tot laat in de herfst te vinden. Op halfschaduw plekken in lichte bossen, bermen en kapvlakten. Met kleine geelwitte bloemen en samengestelde bladen is het een fraaie verschijning. Opvallend ook, omdat de plant met klimmende ranken als een deken over stronken en op de grond gelegen takken heen kan groeien en daarbij duidelijk tegen het donkere hout afsteekt.
Oorspronkelijk groeide Rankende helmbloem op de zandgronden van Oost-Nederland, met name in Gelderland, Overijssel en Drenthe en in de kustregio. Afgelopen decennia heeft deze soort zich in Nederland flink uitgebreid. Die uitbreiding wordt voor een belangrijk deel toegeschreven aan de toegenomen stikstofdepositie in die periode. Ondermeer de opkomst van de intensieve veehouderij in zuid-oost Nederland zorgde voor een sterke verhoging van de stikstofbelasting in die regio.
Brabant viel aanvankelijk grotendeels buiten het verspreidingsgebied, maar de laatste decennia komt de soort dus ook daar uitgebreid voor. Het verspreidingskaartje van Rankende helmbloem laat dit goed zien: vooral in Oost-Brabant en Noord-Limburg liggen de zwarte stippen (vindplaatsen uit afgelopen decennia) veelvuldig buiten de gekleurde vlakken (vindplaatsen voor 1975).
Tekst en foto: Wout van der Slikke, FLORON
Kaartje: stichting FLORON