Een zee vol sla
Bericht uitgegeven door Rijksuniversiteit Groningen op [publicatiedatum]
Momenteel is het een goede tijd voor mensen met groentetuinen. Er groeit en bloeit van alles wat ’s avonds op ons bordje kan belanden. Dat geldt niet alleen voor het land: ook in de zee is het momenteel top oogsttijd. Het eten van mossels en garnalen is vrij bekend, maar het eten van groente uit de zee kan ook heel goed. Zeesla tiert bijvoorbeeld welig in Waddenzee en Noordzee op het moment. Sterker nog, het groeit zo hard dat er stranden in Bretagne zijn gesloten omdat er hele bergen sla aanspoelen.
Zeewieren behoren tot de groep groenwieren van de macroalgen. De twee meest voorkomende zeewieren in de Nederlandse zeeën zijn zeesla en darmwier. Deze groeien massaal in die delen van de zee die altijd onder water staan, maar ook op de droogvallende wadplaten. Zeewieren groeien het beste als ze een ankerpunt hebben: wanneer ze zich bijvoorbeeld kunnen vastklampen aan stenen op de bodem. Vanuit dit ankerpunt groeien de wieren omhoog richting de zon. Zeewieren in nutriëntrijke gebieden, bijvoorbeeld bij riviermondingen, kunnen enorme dichtheden bereiken. Met een harde bries spoelen de wieren los van hun ankerpunt. Groene plakkaten zeewier kunnen dan aanspoelen op het strand, waar ze vervolgens onder invloed van een warm zonnetje gaan rotten. Bij het rottingsproces komen giftige gassen zoals methaan en suflide vrij. Bij veel rottend zeewier op de stranden zullen deze, zoals nu in Bretagne, gesloten moeten worden.
Op de getijdeplaten die met laag water droogvallen, geeft zeewier soortgelijke ‘problemen’. De plakkaten zeewier slaan neer op de wadbodem met laag water. De diertjes die in de bodem groeien, zoals wadpieren, kunnen vervolgens niet goed meer groeien omdat de zeewier de ingang naar hun holletje blokkeert. Ook zorgt een groot plakkaat zeewier, net zoals op het strand, voor giftige stoffen die ook nadelig zijn voor de bodemdiertjes. Zeewier kan ook een positief effect hebben op het leven op het wad. Aan het zeewier kunnen veel diertjes zoals slakjes vastklampen waardoor deze beter overleven.
Het eten van groente uit de zee is in sommige landen vrij algemeen, de Japanse sushi wordt bijvoorbeeld met een zeewier bereid. In Nederland is het eten van groente uit de zee echter nog vrij onbekend. Toch is er wel een groei in het aantal zeegroentetelers in ons land te zien, dit wordt ook wel zilte teelt genoemd. Wellicht is het over een aantal jaren heel gewoon om zeekool, zeesla, zeevenkel, zeepostelein of lamspoor bij onze karbonade te eten.
Tekst: Ellen Weerman, Community Ecology and Conservation Group, Rijksuniversiteit Groningen
Foto's: Kristian Peters, GNU-licentie voor vrije documentatie; Ellen Weerman, Community Ecology and Conservation Group, Rijksuniversiteit Groningen