Kijkje in het leven van een alk
Vogelbescherming NederlandAlken zijn zeevogels. Ze zwemmen op of vliegen boven de Noord-Atlantische Oceaan en duiken naar vis. Ze komen aan land om in kolonies te broeden op rotsen in de landen eromheen, zoals IJsland, Noorwegen of Engeland. Alken kunnen bizar snel en laag over het water en tussen golven door vliegen. Knap, maar dat maakt het jammer genoeg moeilijk om ze goed te zien vanaf de Nederlandse kust, waar ze vooral ’s winters dichtbij komen.
Alca torda
De wetenschappelijke naam van de alk is Alca torda. Het Oudnoorse woord 'alka' betekent nek. De naam is waarschijnlijk een verwijzing naar de gewoonte van de alk om na het landen zijn nek uit te strekken. 'Torda' betekent zoiets als 'die het geluid van de donder maakt'. Misschien omdat ze in groepen op zee een laag rommelend geluid maken, als beginnend onweer.
Speciaal loopje
Alken broeden in kolonies met honderden, soms wel duizenden vogels samen. Dat is veilig, maar in zo’n drukte is het belangrijk om geen ruzie te krijgen. Daarom doen ze een speciaal loopje als ze landen in al die hectiek. Ze strekken hun hoofd en nek naar voren en spreiden beide vleugels omhoog en open. Zo lopen ze even tussen de andere (broedende) vogels door naar hun eigen nest, om zo aan te geven dat ze geen vijand zijn.
Samen zwemmen
Voordat alken beginnen met nestelen, leren ze elkaar kennen door samen te zwemmen. Dit gebeurt op een speciale manier. In grote groepen, dicht bij elkaar, zwemmen ze rondjes. Dan duiken ze allemaal tegelijk onder water en ploppen vervolgens verticaal omhoog uit het water, met hun hoofd en lijf en hun snavel open.
Kleptoparasitisme
Alken hebben ook een minder fraaie gewoonte. Ze stelen af en toe vis van papegaaiduikers die er trots mee op weg waren naar hun kroost. Dat heet kleptoparasitisme. Bij alken is het plezier soms van korte duur, want sommige meeuwen stelen op hun beurt weer de vis van alken.
Meer informatie
- Lees verder om meer te weten te komen over de alk.
Tekst: Vogelbescherming Nederland
Foto's: Peter van Graafeiland; Jelle de Jong