Natuurjournaal 5 mei 2021

De soort op de foto is waarschijnlijk een maartse vlieg. Hij behoort tot de familie van de zwarte vliegen, ook rouwvliegen geheten. Deze naam heeft niets te maken met de maand maart. Wél met Johannes Marcus, een evangelist, die op 25 april zijn naamdag heeft. Deze vliegen zijn overigens geen vliegen, maar muggen. What’s in a name! Steken of bijten kunnen ze niet. In een korte periode in het voorjaar, eind april en begin mei, vliegen ze massaal. Zwermen doen ze niet. Eigenlijk doen ze maar wat, ieder voor zich. Je kan rouwvliegen makkelijk herkennen. Ze zijn namelijk niet alleen zwart, ze laten hun achterste paar poten heel kenmerkend hangen tijdens het vliegen. De larven zijn schadelijk, want ze vreten in de grond aan de wortels van onder andere grassen. De volwassen dieren daarentegen zijn belangrijke bestuivers van lindes en fruitbomen.

In Nederland vinden we twee soorten vogelkers, de gewone en de Amerikaanse. De laatste wordt ook wel bospest genoemd, omdat het een invasieve exoot is. Ooit werd hij ingevoerd als ‘vulhout’ in naaldbossen. Dat betekent dat hij door zijn schaduwwerking op de bodem de dennen dwong de hoogte in te gaan. Dennenhout was zeer gewild. Onze eigen gewone vogelkers, ook wel boerensering genoemd, doet het rustiger aan. Je kan hem van de Amerikanen onderscheiden doordat hij géén glimmend blad heeft. De witte bloemen bloeien in mooie trossen en ruiken zeer sterk. Ruik dus eens goed aan deze bloemen!

Tekst en foto's: Mike Hirschler, IVN