Wanneer ziet u het eerste lantaarntje?
De VlinderstichtingDe vliegtijdverwachting is gebaseerd op de weersvoorspelling voor de komende dagen en de weersomstandigheden in het eerste deel van het jaar. Door de gegevens van de afgelopen tientallen jaren als voorbeeld te nemen, kunnen we een redelijk accurate voorspelling doen. De eerste twee soorten die genoemd worden, zijn de beide winterjuffers: de bruine en de noordse winterjuffer. Dat is logisch, want die brengen de winter door als juffertje. Zodra de temperatuur stijgt en het liefst met wat zonnig weer, zijn deze snel actief en te zien.
Alle andere libellen en juffers brengen de winter door als eitje of larve. Deze hebben natuurlijk wat meer tijd nodig om als libel te verschijnen en die zie je dan ook pas in de loop van het voorjaar. De eerste daarvan die volgens de vliegtijdverwachting tevoorschijn komt is de weidebeekjuffer. Deze opvallende juffer is diepblauw van kleur en heeft opvallende, grote zwarte vlekken in de vleugels. Het is, zoals de naam al verraadt, een soort van stromend water, maar hij kan op allerlei plekken als zwerver worden gezien.
Het lantaarntje staat als volgende soort op de nominatie. Dit is de meest wijdverbreide libel in Nederland. Ze kan bij allerlei wateren worden gevonden, ook in tuinvijvers plant ze zich voort. Dat geldt ook voor de vuurjuffer, die ook vaak al vroeg in het jaar verschijnt. De vuurjuffer is prachtig dieprood van kleur. Dat zie je pas als de juffer is uitgekleurd, want als ze net uit de larvehuid is geslopen, is het een bruinig geval.
Wil je in je vijver genieten van juffers en libellen, dan moet je zorgen dat er voldoende water- en oeverplanten zijn en het liefst dat er geen vissen in zwemmen. In grote vijvers, waar ook veel planten zijn waar de larven zich kunnen verstoppen, kunnen vissen en libellen wel naast elkaar bestaan, maar in kleine vijvers liever geen vissen.
Er zijn ook echte libellen, van die grotere en stevigere libellen, die al in het voorjaar verschijnen. De platbuik is één van de eerste. Deze is geelbruinig als hij net is uitgeslopen. De mannetjes worden prachtig felblauw als ze geslachtsrijp worden. De vrouwtjes blijven geelbruin. De platbuik kun je bij allerlei wateren aantreffen, zelfs bij hele kale poeltjes of bij een drinkbak voor paarden.
Kijk op de vliegtijdverwachting libellen wat je de komende weken aan libellen kunt tegenkomen. Met de pijltjes kun je later in de tijd kijken.
Tekst en foto’s: Kars Veling, De Vlinderstichting