Check nu de beweegvriendelijkheid van uw leefomgeving
Atlas LeefomgevingIedereen beweegt. Ook al voldeed volgens het RIVM in 2017 slechts 47 procent van alle Nederlanders aan de Beweegrichtlijnen. Mensen sporten, maken een ommetje of lopen doelgericht naar bijvoorbeeld hun werk of de supermarkt. De nieuwe kaart Kernindicator Beweegvriendelijke Omgeving (KBVO-kaart) op de Atlas Leefomgeving laat zien in welke mate hun woonomgeving mensen de gelegenheid biedt om te sporten of te bewegen. De Atlas Leefomgeving heeft hiervoor de Kernindicator Beweegvriendelijke Omgeving van het Mulier Instituut in kaart gebracht. Deze kernindicator is één van de 20 Kernindicatoren voor het landelijk monitoren van sport en bewegen.
Score per gemeente
Per gemeente is hiervoor een score gegeven. Deze score is het gemiddelde van de score op zes afzonderlijke elementen op basis van een vijfpuntschaal. Dit zijn: publieke sportaccommodaties, (aantal sporthallen, voetbalaccommodaties), sport- en speelvelden (aantal Cruyff Courts, skateparken, speeltuinen), sport- , speel- en bewegingsruimte (parken, water geschikt voor recreatief gebruik, volkstuinen uitgedrukt in hectare), routes (fiets- en wandelpaden uitgedrukt in meter), buitengebieden (bos, heide, zand uitgedrukt in hectare) en nabijheid van voorzieningen (gemiddelde afstand tot supermarkt en school).
Hoe beweegvriendelijk zijn Nederlandse gemeenten?
Elke gemeente krijgt een score voor beweegvriendelijkheid. Hoe hoger de score op een schaal van 0 tot 5, hoe meer de omgeving is ingericht om te sporten en te bewegen. De geel gekleurde gemeenten scoren lager dan het landelijke gemiddelde en de groene gemeenten scoren hoger. Nederland scoort gemiddeld een 2,6. De nieuwe Atlas-kaart laat zien dat het per gemeente sterk verschilt of de leefomgeving al dan niet beweegvriendelijk is. De meest beweegvriendelijke gemeenten bevinden zich voornamelijk aan de kust, in het oosten van het land en in Drenthe. De meeste beweegonvriendelijke gemeenten zijn vooral geclusterd in Zuid-Limburg en in Zuid-Holland/Randstad. Veelal scoren de beweegonvriendelijke gemeenten slecht op het element sport-, speel- en bewegingsruimte. De kaarten van de afzonderlijke scores op de zes elementen vindt u op Sportopdekaart.
Beweegvriendelijke omgeving = meer bewegen?
Het is interessant om te kijken of een beweegvriendelijke omgeving ertoe leidt dat mensen ook meer gaan bewegen. Twee kaarten uit de Gezondheidsmonitor Volwassenen en Ouderen 2016 GGD’en, CBS en RIVM geven per gemeente een beeld van hoeveel volwassenen van 19 jaar en ouder aan de Beweegrichtlijnen 2016 voldoen en wekelijks sporten. Wat zien we als we deze kaarten naast de nieuwe Atlas-kaart leggen?
Zuid-Limburg en Randstad
In Zuid-Limburg is een clustering van gemeenten met een laag percentage dat voldoet aan de Beweegrichtlijnen. Het aantal wekelijkse sporters ligt hier onder het landelijk gemiddelde van 51,3 procent. Mogelijk is hier een verband te leggen met de leefomgeving, want deze gemeenten scoren ook slecht op beweegvriendelijkheid. De Randstad scoort ook relatief laag op beweegvriendelijk, maar hier is het percentage mensen dat de beweegrichtlijnen haalt juist relatief hoog, evenals het percentage wekelijkse sporters. Wellicht zijn Randstedelingen intrinsiek gemotiveerd om te sporten, ongeacht hoe beweegvriendelijk hun omgeving is.
Waddeneilanden
De Waddeneilanden scoren hoog op beweegvriendelijkheid, en de bewoners scoren daar opvallend hoog op de beweegrichtlijnen. Het aantal wekelijke sporters is hier echter relatief laag. Als we inzoomen op de informatie op locatie zien we dat de Waddeneilanden opvallend hoog scoren (> 4,5) op de elementen Routes en Buitengebied en opvallend laag (< 1, alleen op Texel 2) op het element Nabijheid van voorzieningen. Misschien is het wel de natuur die de Waddenbewoners in beweging brengt. Bovendien laat de lage score op de nabijheid van voorzieningen zien dat de Waddenbewoners wel in beweging moéten komen voor werk of boodschappen.
Houvast voor beleid
Dergelijke dwarsverbanden met andere datasets kunnen houvast bieden aan beleidsmakers. De KBVO-kaart geeft een maat voor de ruimte in de woonomgeving die gebruikt kan worden om te sporten en te bewegen. Maar of die ruimte ook wordt gebruikt om in te bewegen, hangt ook af van zaken als toegankelijkheid, fysieke en sociale veiligheid en aanbod van activiteiten en evenementen. Als een gemeente hoog scoort op beweegvriendelijkheid en laag op de beweegnorm, kan het voor beleidsmakers zinvol zijn om de afzonderlijke elementen nader te bekijken en uit te zoeken waarom mensen zo weinig gebruik maken van de mogelijkheden die hun leefomgeving biedt. En voor alle gemeenten met een lage score op beweegvriendelijkheid bieden de afzonderlijke elementen inzicht in waar ruimte is voor verbetering.
Komt u met een smoesje weg?
En ja, soms heeft u gewoon geen zin om te sporten. Misschien kunt u het nieuwe smoesje gebruiken: “Mijn gemeente daagt mij niet uit om te sporten.” Bekijk uw eigen leefomgeving op de nieuwe kaart en check of u hier mee wegkomt!
Tekst: Channah Betgen en Jeannine Brand, Atlas Leefomgeving
Beeld: Atlas Leefomgeving; Pixabay
Kaartmateriaal: Atlas Leefomgeving; Volksgezondheidenzorg.info