Exoot Schijngenadekruid in opmars

6-NOV-2014 - Schijngenadekruid is een recente aanwinst van de Nederlandse flora, en staat daarom op nog maar weinig websites en databases vermeld. Wellicht is de plant ook een aantal jaar onopgemerkt gebleven, want zo opvallend is zij niet. Een eerste waarneming in Nederland dateert uit 2004 in een poel bij Oldenzaal. Vermoedelijk kwam de plant hier terecht als toevallige bijgroei bij vijverplanten of via gedumpt vijver- of tuinafval. De laatste jaren lijkt de soort zich uit te breiden. Elders in Europa wordt Schijngenadekruid soms zoveel aangetroffen dat zij andere soorten in verdringt en kwetsbare ecosystemen bedreigt. In Nederland is dit (nog) niet het geval.

Bericht uitgegeven door FLORON op [publicatiedatum]

Schijngenadekruid is een recente aanwinst van de Nederlandse flora, en staat daarom op nog maar weinig websites en databases vermeld. Wellicht is de plant ook een aantal jaar onopgemerkt gebleven, want zo opvallend is zij niet. Een eerste waarneming in Nederland dateert uit 2004 in een poel bij Oldenzaal. Vermoedelijk kwam de plant hier terecht als toevallige bijgroei bij vijverplanten of via gedumpt vijver- of tuinafval. De laatste jaren lijkt de soort zich uit te breiden. Elders in Europa wordt Schijngenadekruid soms zoveel aangetroffen dat zij andere soorten in verdringt en kwetsbare ecosystemen bedreigt. In Nederland is dit (nog) niet het geval.

Taxonomie en herkenning
Schijngenadekruid (Lindernia dubia), de naam zegt het al, lijkt wel wat op, en is ook verwant aan Genadekruid (Gratiola officinalis); beide soorten hebben kruisgewijs tegenoverstaand, licht getand en min of meer parallelnervig blad. De bloemkroon is vijftallig, tweezijdig symmetrisch, en deels vergroeid, de vrucht is een doosvrucht. Vroeger werden deze twee soorten ingedeeld bij de Scrophulariaceae s.l. (Helmkruidfamilie), momenteel worden ze in de Plantaginaceae (Weegbreefamilie) geplaatst, samen met onder andere Veronica (Ereprijs), waar ze ook wel wat op lijken. Recent DNA-onderzoek wijst echter uit dat Lindernia in een eigen familie zou moeten worden geplaatst, de Linderniaceae.

Links Schijngenadekruid in bloei. Rechts uitgebloeid langs oever van een meanderende beek (foto links: Joke Schaminée-Sluis; foto rechts: Erik Simons)

Schijngenadekruid is een kruipende tot opstijgende plant met tamelijk stevig blad met een waslaagje erop. De stengel is duidelijk vierkant, een onderscheid met bijvoorbeeld (Rode) waterereprijs en Schildereprijs, die een vrijwel ronde stengel hebben. De bladeren zijn parallelnervig, net zoals bij weegbree. Het blad van Rode waterereprijs is daarentegen is veernervig, terwijl het blad van Genadekruid en Schildereprijs eigenlijk alleen maar één duidelijke middennerf heeft. De bloemen (en vruchten) staan op een kort steeltje uit de bladoksel en liggen als het ware op het blad. Dit beeld, van bovenaf, is zeer karakteristiek. De witte tot violette kroon is deels vergroeid tot een buis, uitlopend in 3 onderlippen en 2 boventanden, er zijn 2 vruchtbare en 2 onvruchtbare meeldraden (staminodiën). De plant kleurt later in het seizoen wat oranjebruin, en in deze tijd van het jaar vaak diep rood.

Er worden twee ondersoorten onderscheiden, subsp. dubia, met brede bladvoet, en subsp. majus met versmalde bladvoet; alle in Nederland verzamelde planten lijken onder subsp. dubia te vallen. Dit onderscheid staat los van de aanzienlijke variatie in grootte die we hebben aangetroffen tussen planten groeiend in vennetjes in West-Brabant, resp. planten die op uiterst voedselrijk slib aan de grote rivieren groeien.

Links Genadekruid. Foto midden: vlnr: grote vorm Schijngenadekruid, 2x kleine vorm, Schildereprijs. Foto rechts: Rode waterereprijs (foto’s: Erik Simons)

Herkomst, verspreiding, ecologie en uitbreiding
Schijngenadekruid lijkt zich de laatste jaren uit te breiden. Was zij eerst nog bekend van een beperkt aantal locaties aan de grote rivieren (Grensmaas en Ewijkse Plaat), nu verovert zij ook vennetjes in West-Brabant en Noord-Limburg. Enkele weken terug werd de plant zelfs aangetroffen bij een vennetje bij Huizen (NH) tijdens het FLORON-kamp in Blaricum.

Verspreiding Schijngenadekruid in Nederland (kaart: Verspreidingsatlas.nl)

Schijngenadekruid is afkomstig uit Noord-Amerika, en is Europa binnen gekomen via havens in Frankrijk. Van daaruit heeft de soort zich succesvol verspreid naar moerassige gebieden in Zuid-, maar ook Centraal-Europa. Verspreiding (vegetatief, via stukjes stengel, en generatief, met zaden) verloopt waarschijnlijk via vogels, transport via schepen, werktuigen en visgerei, en door stroming/aanspoeling. Bij alle bezochte locaties in Nederland troffen we sporen (begrazing, uitwerpselen, of zichtwaarnemingen) aan van watervogels (vooral ganzen en eenden).

Schijngenadekruid is een kolonist van (periodiek) droogvallende oevers, en heeft veel licht, vocht, en een dunne laag organisch materiaal nodig. Gegeven deze randvoorwaarden is het ecologische bereik van deze soort tamelijk breed, van ronduit zure tot zwakgebufferde vennetjes enerzijds, tot uiterst voedselrijke en basische slikkige rivieroevers anderzijds. Op geen enkele Nederlandse locatie is Schijngenadekruid tot nu toe 'vlakdekkend' aangetroffen, maar elders in Europa is dat wel het geval. In dat geval zullen vegetaties in zwakgebufferde vennen waarschijnlijk het meest kwetsbaar zijn, deze bestaan uit tal van fragiele eenjarige soorten die kiemen op droogvallende oevers, veel van deze soorten zijn (ernstig) bedreigd. Maar ook op slikkige oevers langs de rivieren komt een aantal soorten voor dat zou kunnen worden overwoekerd door deze plant, denk aan bijvoorbeeld Slijkgroen (Limosella aquatica) en Bruin cypergras (Cyperus fuscus).
Schijngenadekruid heet een warmteminnende soort te zijn, en wellicht heeft de plant zich wat uit kunnen breiden door afgelopen zachte winter. Hoe dan ook lijkt de kolonisatie van de rest van het land slechts een kwestie van tijd. In buitenlandse literatuur worden watervogels genoemd als belangrijke vector, en dat lijkt ons ook in Nederland een mogelijkheid. Het is niet onwaarschijnlijk dat deze soort momenteel al op veel meer plaatsen groeit dan tot nu toe bekend is.

Vervolg
In 2015 zal een uitgebreider artikel over onder andere de plantensociologie van Schijngenadekruid, Goudknopje en Watercrassula worden gepubliceerd, in het kader van een onderzoek van de NVWA naar invasieve exoten in zuid(-west) Nederland. Meer waarnemingen (bijvoorbeeld via waarneming.nl), foto's, herbariummateriaal en vegetatieopnamen, zijn zeker gewenst!

Herfstaspect van Schijngenadekruid (rood) op een bedje van Naaldwaterbies (oranjebruin) (foto: Maurice Jansen)

Wie, ook in deze tijd van het jaar slikkige oevers bezoekt, van vennetjes, plassen en rivieren, en daar uitglijdt en terecht komt op een eigenaardig oranjerood plantje, kan namelijk zomaar in schijngenade zijn gevallen!

Tekst: Erik Simons, Simons Botanisch Advies, FLORON en Maurice Jansen, NVWA
Foto's: Joke Schaminée-Sluis; Erik Simons; Maurice Jansen
Kaart: Verspreidingsatlas.nl