Alen op weg naar Sargasso zee
Stichting RAVONBericht uitgegeven door Stichting RAVON op woensdag 29 september 2010
Net als ieder jaar trekken de paairijpe palingen (schieraal) dit najaar van onze binnenwateren richting de Sargasso zee. De palingpopulaties zijn de afgelopen decennia sterk afgenomen. Zelfs zo sterk dat de paling dreigt uit te sterven als er niets verandert. Dankzij een gesloten periode worden de schieralen dit jaar niet gevangen tijden hun uittocht naar zee.
Wat doet Nederland?
De recent sterke afname van de paling heeft geleid tot zijn status als ‘ernstig bedreigd’ op de internationale rode lijst. Naar aanleiding van deze status hebben alle lidstaten van de Europese Unie een aalbeheerplan opgesteld. Eén van de maatregelen is een verbod op het gebruik van aalvistuigen tussen 1 september en 30 november. Hopelijk volbrengen hierdoor meer palingen hun lange en mysterieuze tocht naar hun paaigronden in de Sargasso zee.
Mysterieuze reis
De migratie van de Europese aal naar de paaigronden in de Sargasso zee is één van de grote onopgeloste mysteries van de natuur. Sinds jaar en dag doen biologen onderzoek naar waar ze precies heen gaan en wat ze doen na het verlaten van onze rivieren. Onlangs hebben wetenschappers met behulp van satelliet zenders 22 alen kunnen volgen tijdens de eerste 1300 kilometer van hun 5,000 kilometer lange reis. De zenders registreren locatie, zwemdiepte, richting en de activiteit van de paling. Na zes maanden laten de zenders automatisch los en zweven naar het wateroppervlak, waarna de gegevens via de satelliet naar het onderzoeksteam worden verzonden.
Navigatie
Uit de zendergegevens blijkt dat de alen niet rechtstreeks naar de Sargasso zee zwemmen. Ze buigen eerst af naar het zuiden en zwemmen via de Azoren. Deze route is niet de kortste afstand, maar wijst op een keuze voor de meest energiezuinige route. Via de Azoren komen ze terecht in de zogenaamde “conveyor belt” of transportband van oceaan stromingen, die ze uiteindelijk helpen met hun reis naar de Sargasso zee.
Op en neer
Ook blijkt uit de gegevens dat palingen ’s nachts in ondiep en warm water zwemmen en bij het ochtendgloren een steile duik maken naar een diepte van 1.000 meter, waar ze de rest van de dag vertoeven. Dit is geen voedselgedrag: alen eten immers niet tijdens hun migratie. Het kan wel een manier zijn om predatoren te ontwijken. Onderzoekers geven als mogelijke verklaring dat het ondiepe warme water de palingen helpt om een hoog metabolisme te handhaven en het koude water ze juist helpt om hun geslachtsrijpheid uit te stellen, waardoor ze hun gestroomlijnde lichaamsvorm behouden.
Meer informatie over het onderzoek is te vinden op www.eeliad.com.
Meer informatie over het aalbeheerplan is te vinden op www.minlnv.nl.
Tekst: Karin Didderen, RAVON
Foto: Jelger Herder, Digital Nature