Fraters schaarser en steeds noordelijker
Sovon Vogelonderzoek NederlandNonnetjes zijn alleen nog talrijk bij strenge vorst, Fraters lijken zich naar het noorden terug te trekken. Hoewel vooral aan het Wadden- en Deltagebied gebonden, waren ze rond 1980 ook in Flevoland en het rivierengebied een normale verschijning. Elders in het binnenland waren ze in sommige winters helemaal niet zeldzaam.
Noordelijk zwaartepunt
Dat is inmiddels grotendeels verleden tijd. De aantallen zijn gezakt en de verspreiding is gekrompen. Het Waddengebied huist tegenwoordig 90% of meer van de pakweg 3.000 Fraters die er nog in Nederland overwinteren. Ze zitten hier vooral op de Fries-Groningse vastelandkust. De rest zit vrijwel geheel in het Deltagebied, in het binnenland is de soort tegenwoordig uitermate schaars. Maar soms duiken ze er nog op, zoals afgelopen weken op verschillende locaties.
Grootschalige afname
De neergang bij ons is onderdeel van een afname die in ieder geval ook is geconstateerd in het Duitse Waddengebied. Hier kende deze zaadeter midden jaren negentig goede tijden dankzij gunstig kwelderbeheer, maar dat is voorbij. Het is onduidelijk of verschuiving van overwinteringsgebieden onder invloed van klimaatverandering meespeelt.
Vroege wegtrek
Het talrijkst zijn Fraters in november en december, daarna lijken veel vogels ons land weer te verlaten. Winterverplaatsingen, niet zelden over forse afstand, zijn bij deze soort normaal. Individuele vogels kunnen in opeenvolgende jaren heel verschillende overwinteringsgebieden uitkiezen, maar soms ook eerder bezochte plekken aandoen.
Tekst: Fred Hustings, Sovon Vogelonderzoek Nederland
Foto: Harvey van Diek
Kaart: Sovon Vogelonderzoek Nederland