Een den voor de kerst?
FLORONBericht uitgegeven door stichting FLORON op woensdag 23 december 2009
De wonderschone takken van de veelbezongen ‘denneboom’ behoren toe aan de spar. Toch zou een den als kerstboom in onze streken niet zo gek zijn geweest, want het is onze enige oorspronkelijk inheemse naaldboom.
Gemakzucht bij de vertaling van het oorspronkelijk Duitstalige ’O Tannenbaum’ lijkt de oorzaak van deze bekende bron van verwarring. Overigens is de verwarring hiermee niet geheel opgelost, want het duitse Tanne staat voor het geslacht Zilverspar (Abies), terwijl de meest aangeboden kerstbomen hier tegenwoordig Sparren (Picea) zijn. Alle soorten uit deze naaldboom-geslachten zijn van oorsprong in ons land aangeplant, maar sommigen zijn inmiddels ook ingeburgerd en weten zich op eigen kracht uit te breiden. Dat geldt bijvoorbeeld voor de Douglasspar (Pseudotsuga menziesii) die net als veel andere naaldbomen oorspronkelijk afkomstig is uit Noord-Amerika.
Onze enige inheemse naaldboom is de Grove den (Pinus sylvestris), al zou de soort in de late middeleeuwen al uit ons land zijn verdwenen. Door veelvuldige aanplant sinds de 16e eeuw en de daaropvolgende verwildering kwam de soort opnieuw in ons land. We vinden hem tegenwoordig wijdverspreid op de zandgronden in het oosten van ons land. Ondanks haar schijnbare rechten als Hollandse kerstboom, op basis van het bekende kerstliedje en haar lange voorgeschiedenis in onze streken, blijkt Grove den als kerstboom toch ongeschikt. De kromme takken met lange naalden (telkens met 2 bijeen) laten zich nu eenmaal minder goed optuigen, dan die van een spar.
Tekst: Wout van der Slikke, FLORON
Foto: De Natuurkalender