Bruine kikker
Rana temporaria
Fenologie: Al vroeg in het voorjaar kunnen de eerste Bruine kikkers gezien worden. Vanaf maart komen ze uit hun winterslaap, in een zachte winter al rond half februari. Ze overwinteren niet alleen op het land, maar kunnen ook in het water de winter doorbrengen. In maart en april zetten de vrouwtjes eitjes af in zogenaamde "eiklompen", die door de mannetjes uitwendig worden bevrucht. Deze eiklompen kunnen gemakkelijk gevonden worden: ze worden op warme, ondiepe plekken afgezet of drijven aan de oppervlakte (zie ook "beschrijving").
Beschrijving: De Bruine kikker is herkenbaar aan de grote, donkerbruine vlek aan de zijkant van de kop. Deze loopt vanaf het oog tot aan de schouder. Het geluid dat ze produceren is erg zacht, veel zachter dan het bekende geluid van de Groene kikker.
Eiklompen: De Bruine kikker heeft grote eiklompen, waarvan de eieren vrij eenvormig donker zijn van kleur. Ze worden vaak in grote aantallen in plakkaten gelegd en drijven meestal aan de wateroppervlakte.
Geluid: Bruine kikkers kwaken zacht, het geluid is meer een soort gebrom. Voor de leek is het moeilijk te herkennen.
Habitat: De Bruine kikker is een algemene soort die zich in veel typen habitat thuisvoelt. Hij wordt ook veel in tuinvijvers aangetroffen.
Voor De Natuurkalender nemen we waar:
- Eerste individu (in het water of daarbuiten)
- Eerste eiklompen aangetroffen
- Eerste roep