Bessen en zaden

Opvallend in de herfst zijn altijd de kleuren die de bessen van bomen en struiken ten toon spreiden. Vlierbessen, bramen, bosbessen, de bessen van liguster, wilde lijsterbes, zuurbes, meidoorn, duindoorn en sneeuwbes, tooien hun dragers enige tijd zwart, blauw, wit, oranje of rood. De bessen zijn een bescherming voor het zaad en fungeren in zekere zin als betaalmiddel voor transportkosten. Het transport wordt verzorgd door vogels en zoogdieren. Zij eten de bessen en dragen bij aan de verspreiding van de plant door de onverteerbare zaden elders uit te poepen of uit te braken. Voor sommige zaden is de gang door het spijsverteringsstelsel van de consument zelfs nodig om later tot kieming te komen. Door de voorkeur van diersoorten voor bepaalde bessen is dat vaak het hoofdvoedsel gedurende de korte periode dat de bessen beschikbaar zijn. Aan de uitwerpselen van de dieren is dit dan ook te zien. Opvallend is dat in de duinen die door veel trekvogels als trekroute gebruikt worden. Vogelrijkdom en besdragers hebben hier een positieve invloed op elkaar. De besdragende plantensoorten zorgen voor een grote voedselbeschikbaarheid in de trektijd en de vogels zorgen er voor dat de planten ruim verspreid worden. Mochten klimaatveranderingen de vruchttijd van deze planten sterk beïnvloeden, dan kan dit uiteraard ook verdere consequenties met zich meebrengen. De beschikbaarheid van voedsel in de trektijd speelt is immer mede bepalend voor de overlevingskans van de vogels.

 

Lijsterbes, vrucht,  K.U.Leuven Campus Kortrijk, http://www.kuleuven-kortrijk.be/bioweb/ Rijpe vruchten van de wilde lijsterbes (foto: Paul Busselen)