Plastiek doodsoorzaak van aangespoelde Dwergvinvis
Bericht uitgegeven door Natuurpunt Studie [land] op [publicatiedatum]
Zondag spoelde op het strand van Nieuwpoort een Dwergvinvis aan. Het dier werd overgebracht naar de universiteit van Luik waar maandag een autopsie werd uitgevoerd. De mannelijke dwergvinvis was ongeveer 3,40 m lang, zeer jong en mager. Hij stierf waarschijnlijk op het strand want hij was nog zeer vers. Klik hier voor een reportage.
De Dwergvinvis (Balaneoptera acutorostrata) die zondag aanspoelde in Nieuwpoort, werd door medewerkers van de Beheerseenheid Mathematisch Model van de Noordzee (BMM) naar de Universiteit van Luik gebracht. De BMM coordineert het wetenschappelijk onderzoek op aangespoelde zeezoogdieren. Dierenarts Thierry Jauniaux voerde maandag de autopsie uit. Deze lijkschouwing leverde een duidelijke maar trieste doodsoorzaak op: 400 g plastiek in de maag. Dit zorgde voor een bijna volledige verstopping van het spijsverteringskanaal, waardoor het dier zich niet meer kon voeden en door verhongering om het leven kwam.
Zowel het skelet als de baleinen zullen als morfologisch vergelijkingsmateriaal gebruikt worden aan de Gentse Universiteit. 'Alle ingewanden zijn ondertussen verwijderd', zegt museumconservator Marjan Doom van het Morfologisch Museum. 'We zullen nu proberen om de resten te bewaren maar net omdat het een heel jong dier is met veel kraakbeen, wordt dat moeilijk.' De resten werden dinsdag verder uitgebeend in Gent. 'Normaal wordt het skelet verwarmd en daarna enzymatisch en chemisch verwerkt, maar net omwille van het kraakbeen zullen we misschien alternatieve pistes moeten bewandelen. Het wordt alleszins een interessant studie-object.' Het Museum Morfologie bezit onder meer al de kaak, flipper en wervels van Potvis Theofiel, die vorig jaar in Knokke-Heist aanspoelde en een onderkaak van de Gewone vinvis die in 2009 aanspoelde op het strand van Sint-Anneke.
De zuidelijke Noordzee grenst aan het normale verspreidingsgebied van de soort. De Dwergvinvis is in de zomer algemeen tot aan de pakijszone bij Spitsbergen en Groenland. 's Winters komt de soort vooral voor in de Noordzee, zuidwaarts tot de Straat van Gibraltar. Ook al zijn Dwergvinvissen vrij algemeen, toch werden er nog maar vier exemplaren in België waargenomen. Blankenberge is goed voor twee strandingen: eentje in 1837 en een ander in 1931. In 1865 werd een Dwergvinvis waargenomen in de Schelde ter hoogte van Hemiksem en op 14 december 2004 namen vogelaars aan boord van het schip De Zeehond een dode, drijvende Dwergvinvis in zee waar. Het beest werd aan boord getakeld. Het ging om het verse lijk van een in een visnet verdronken jong vrouwtje van 4,2 meter. De speklaag was dun, wat erop zou kunnen wijzen dat het dier niet in goede gezondheid verkeerde op het moment van verdrinken.
Het is niet helemaal duidelijk waarom de Dwergvinvis zo zeldzaam is voor de Belgische kust. Blijkbaar is er geen doortrek door de Zuidelijke Bocht en het Kanaal naar de Keltische Zee bij Ierland en naar de Golf van Biskaje.
Tekst: Dominique Verbelen, Natuurpunt Studie, met dank aan Steven Vandenbussche (BELGA) en Jan Haelters (BMM)
Foto's: Jan Haelters (BMM)