Het gevaar van meeliftende koralen
Dutch Caribbean Nature Alliance (DCNA)Waarom dit belangrijk is
De introductie van uitheemse soorten in nieuwe omgevingen kan ingrijpende gevolgen hebben. In de eerste plaats worden ze verspreid door menselijke activiteiten, vaak onbedoeld. Mensen en de middelen die we gebruiken, reizen heel snel de wereld rond en ze dragen vaak ongenode soorten met zich mee. Invasieve uitheemse soorten die een nieuw gebied binnenkomen, kunnen grote ecologische effecten hebben door de inheemse flora of fauna te decimeren. Ze kunnen ook aanzienlijke economische verliezen veroorzaken en gevolgen hebben voor de menselijke gezondheid.
In dit geval diende het platform waarschijnlijk als transport voor sommige soorten, wat aantoont hoe door de mens gemaakte structuren het zeeleven onbedoeld over oceanen kunnen verspreiden. Het monitoren van dergelijke structuren is cruciaal voor het volgen van de aanwezigheid en verspreiding van niet-inheemse, potentiële invasieve soorten.
Waargenomen niet-inheemse koralen
Het geregistreerde invasieve oranje kopkoraal (Tubastraea coccinea) werd al voor het eerst opgemerkt in 1930 op Curaçao. Tegenwoordig is het heel gebruikelijk op natuurlijke en kunstmatige substraten in de ondiepe wateren van Curaçao en de buureilanden Aruba en Bonaire.
De andere Tubastraea-soort die op het platform aanwezig was, Tubastraea tagusensis, oorspronkelijk afkomstig van de Galapagoseilanden, werd voor het eerst waargenomen in de Zuidelijke Caraïben. Het wordt sinds 2000 gevonden in Brazilië en sinds 2015 in de noordelijke Golf van Mexico. Voor de kust van Brazilië heeft deze soort snel een aantal lokale ecosystemen ingehaald, waaronder mosselbanken, het rifsysteem van de Amazone-rivier en rotsachtige kusten.
Ook de twee zachte koralen van het geslacht Chromonephthea, afkomstig uit de Indo-Pacific, waren nieuw in de Zuidelijke Caraïben.
De uitdaging
Dit onderzoek op Curaçao benadrukt het belang van het monitoren van halfafzinkbare platformen en soortgelijke structuren, en het beheren van biological fouling. Het toont de onderlinge verbondenheid van onze oceanen en de noodzaak van internationale samenwerking bij het beheer van de mariene biodiversiteit. Het benadrukt ook het belang van het reinigen van onderwaterplatformen die voor langere tijd in de buurt van de kust worden afgemeerd om de kolonisatie van riffen door uitheemse soorten, die mogelijk lokale mariene ecosystemen kunnen verstoren, te voorkomen. Naarmate we onze oceanen blijven verkennen en gebruiken, wordt het steeds belangrijker om verkenning in evenwicht te brengen met het behoud van de mariene biodiversiteit.
Tekst: DCNA
Beeld: T. Weber; J. Bruijninckx; F. Ermert, Dronepicr, CC-BY-2.0