Ammoniakeffecten in Groningen met korstmossen na 25 jaar opnieuw in kaart gebracht
BLWGHet effect van ammoniak op korstmossen in Groningen is in 2022 onderzocht door 208 meetpunten met elk tien zomereiken te inventariseren. Op de meetpunten, die eerder ook al in 1996 onderzocht werden, zijn ammoniakminnende korstmossen in de afgelopen 25 jaar gemiddeld genomen gelijk gebleven, maar er zijn wel regionale verschillen. In vergelijking met 1996 zijn stikstofminnende korstmossen onder andere toegenomen rond Leek, Musselkanaal en Ter Apel, wat er op duidt dat de effecten van ammoniak in deze gebieden sinds 1996 zijn toegenomen. Daartegenover staat dat stikstofminnende korstmossen afgenomen rond Zevenhuizen en aan de oostgrens van de provincie rond Sellingen en ten oosten van Veelerveen, wat er op duidt dat de effecten van ammoniak hier minder zijn geworden.
Achteruitgang gevoelige soorten
Stikstofgevoelige korstmossen zijn de laatste decennia sterk afgenomen in Groningen. Sommige stikstofgevoelige soorten zijn nu in de provincie uit het meetnet verdwenen, waaronder Dennenschotelkorst (Lecanora aitema), Bruin boerenkoolmos (Tuckermanopsis chlorophylla) en Gewoon baardmos (Usnea subfloridana). Veel stikstofgevoelige soorten die nog wel in het meetnet voorkomen, zijn ook sterk achteruit gegaan. De populaties van Eikenmos (Evernia prunastri), vroeger op veel plekken een talrijke en algemene soort, zijn op veel plekken gedecimeerd. Ook in en rond de meeste Natura 2000-gebieden zijn stikstofgevoelige korstmossen afgenomen. In het Lieftinghsbroek komen nu nog maar weinig stikstofgevoelige soorten korstmossen voor. Wel komen er in het Lieftinghsbroek nog andere zeer bijzondere korstmossen voor die typisch zijn voor oude bossen en beschermingswaardig. Het is de enige plek in Nederland waar Roetkorst (Reichlingia leopoldii) en de enige plek in Groningen waar Grote runenkorst (Phaeographis inusta) voorkomt. Om stikstofgevoelige korstmossen te laten herstellen moet de ammoniakbelasting nog verder dalen.
Soortenrijkdom in de lift
Hoewel korstmossen die gevoelig zijn voor ammoniak afnemen, gaat het goed met veel andere soorten korstmossen. Omdat de meeste soorten korstmossen niet bijzonder gevoelig zijn voor ammoniakvervuiling neemt de soortenrijkdom toe. Dit komt vooral door klimaatverandering, wat ervoor zorgt dat soorten vanuit het zuiden oprukken. De trend van toenemende soortenrijkdom van korstmossen op bomen is ook zichtbaar buiten het meetnet om, bijvoorbeeld in jonge loofbossen waar typische soorten voor een Atlantisch klimaat toenemen.
Korstmossenmeetnet om effecten ammoniakbeleid te meten
Het korstmossenmeetnet is een graadmeter voor de ruimtelijke effecten van het ammoniakbeleid. Onderzoek in het verleden heeft aangetoond dat korstmossen een uitstekende weerspiegeling zijn van de ammoniakconcentratie in de lucht. De afgelopen jaren zijn in zeven provincies korstmossen gebruikt om effecten van ammoniak in kaart te brengen. Door deze inventarisaties in de komende jaren te blijven uitvoeren, kan in detail gemonitord worden of maatregelen die genomen worden in het kader van het stikstofbeleid effect hebben.
Meer informatie
- Het onderzoek is na te lezen in het BLWG-rapport Effecten van ammoniak op korstmossen in Groningen in de periode 1991-2022 (pdf: 11,5 MB).
- Meer over monitoring met korstmossen op de BLWG-website.
- Lees ook het bericht over de resultaten van het korstmossenmeetnet in Gelderland.
Tekst & foto's: Henk-Jan van der Kolk, BLWG